Search

Koffiekenners

Meester Egberts

Tekst
Lars Hamer
Beeld
Jitske Schols
Koffiekenners

Meester Egberts

Roy Nanhekhan is in 40 jaar bij Jacobs Douwe Egberts uitgegroeid tot historisch geweten van het bedrijf. De oprichter van het Heritage Center geeft ons een les Nederlandse koffiegeschiedenis.

Tekst
Lars Hamer
Beeld
Jitske Schols

‘In het begin van mijn tijd…

…bij Douwe Egberts werkte ik bij expeditie. Eigenlijk was ik in Nederland op vakantie vanuit Suriname, maar ik zag dat er een banenmarkt was, dus ik dacht: waarom niet? Ik was trots dat ik zomaar werd aangenomen. Mijn ­retourticket heb ik dus niet gebruikt. Bij mijn vader in Suriname stonden vroeger de koffiestruiken gewoon in de tuin, de bessen snoepten we als kind zo van de plant. M’n eerste koffie heb ik met hem gedronken. We zouden het nu “slow coffee” noemen, denk ik. Zelf gedroogde en geroosterde koffiebonen, gemalen en overgoten met heet water. Mijn vader liet de koffiedrap bezinken en we dronken de koffie met melk en suiker. Ik drink iedere dag koffie, maar die smaak heb ik nooit meer geproefd.’

‘Suriname is zoals ­iedereen weet…

…een van de voormalige koloniën van Nederland. Minder bekend is dat Suriname een belangrijk koffieland was. Halverwege de 18e eeuw kwam de helft van de koffie die werd verhandeld in Nederland uit Suriname. De rest kwam uit het Verre Oosten, met name Java. En ook een deel uit het Midden-Oosten. Suriname was in eerste instantie een soort testtuin.
In het Verre Oosten hadden de Nederlanders al her en der koffie geplant en vanuit de Hortus in Amsterdam werden koffieplanten of -zaden verscheept naar Suriname om te zien of ze daar aan zouden slaan. En dat lukte. Vanuit Suriname, en ook vanuit de Franse koloniën, werd koffie verspreid over het Caribisch gebied en Midden- en Zuid-Amerika.’

‘Friesland, of Joure om precies te zijn.

Dat was de plek waar het begon voor DE. Egbert Douwes startte in 1753 een winkeltje in wat ze toen koloniale waren noemden. Koffie, thee en tabak. Rond 1780 kwam hun zoon, Douwe Egberts (1755-1806),in de winkel bij zijn ouders werken. Zijn ouders kozen ervoor om in de winkel De Witte Os te blijven werken. Koffie werd in die tijd in Nederland vooral ongebrand ver­handeld. Mensen brandden de bonen zelf in een pan of in speciale bollen boven het vuur. Maar dat was gedoe natuur­lijk; je moest ze niet te hard branden want verbrande koffie is bitter en niet lekker. Maar als je de koffie te kort brandt dan heeft hij weer veel minder smaak. Na het branden moest je de bonen zelf ook nog malen of vijzelen. De meeste mensen kennen het nog wel van hun ouders of grootouders. Dat was nog best zwaar werk hè, dat malen.’

De Hortus Botanicus in Amsterdam en Leiden waren vanuit wetenschappelijk oogpunt natuurlijk heel belangrijk, maar uiteindelijk ook vanuit commerciéél perspectief. Ik vind het een mooi idee dat de koffiestruiken in de tuin van mijn vader vrijwel zeker rechtstreeks afstammen van de planten uit de Hortus in Amsterdam.’

‘Innovatie, dat is het ­sleutelwoord…

…in onze koffie­wereld. De eerste innovaties waren het in de winkel branden en malen. Door de uitvinding van het vacuüm verpakken, rond 1900, kon de kwaliteit van gemalen koffie langer behouden blijven. Het zetten van Nederlandse koffie werd makkelijker door de ontwikkeling van de eerste koffiezet­apparaten. De laatste decennia zijn de innovaties wat individualistischer; we zetten vaker een kopje koffie voor één persoon, op het moment dat we het zelf willen. ‘Coffee for one’ was daartoe de eerste stap. Met Senseo hebben we echt een groot verschil gemaakt. De laatste jaren zijn daar de cups bijgekomen.’

‘Iedereen drinkt koffie op zijn eigen manier.

Dat is ook één van de dingen die ik zo leuk vind. We zeggen in Nederland dat je koffie niet mag zetten met kokend water. Dat gaat ten koste van de aroma’s. Maar in het Midden-Oosten kokenze koffie juist wel. Meerdere malen zelfs, om de koffie daarna te laten bezinken. Ongeveer zoals mijn vader het ook deed. Andere landen voegen specerijen toe. Of ze geven de voorkeur aan oploskoffie. We zijn met het oploskoffiemerk Moccona bijvoorbeeld heel groot in Australië.’

‘In het begin was koffie vooral een drankje van de elite.

Koffie was letterlijk peperduur. Toen er meer geproduceerd werd, daalde de prijs en werd koffie een volksdrank. Warm, sterk en in grote hoeveelheden. De laatste jaren is de keuze enorm gegroeid. Je kunt kiezen voor een ristretto of espresso, alle koffievarianten met melk, traditionele koffie, ijskoffie. Verzin het maar. Fantastisch toch?’